Bówl jij ?!

De pen

Bówl jij ?!

Dat bowlen een wat ongewone sport is, in die zin dat niet zo heel veel mensen die sport beoefenen, merk je pas als je in een niet-bowling omgeving vertoeft.
 
Zoals bijvoorbeeld op je werk. Zo bij de koffie wordt dan wel eens een ander onderwerp te berde gebracht dan het werk zelf, vooral als er vlaai bij de koffie is. Dan vraagt een niet geheel op de hoogte zijnde collega wel eens: en, ….. doe jij ook iets aan sport ?!


Om dan meestal meteen zelf uitvoerig en omstandig te gaan verwoorden hoe goed hij is in zijn “simpele” sport. Als hij dan na vijftien minuten zijn vraag herhaald heeft, kun je antwoorden: ik bówl!
 
Nou, als het gesprek al zover is kun je er van op aan, dat je nog wel even aan het woord bent: of je kletst zelf door of de vragensteller valt meteen in en vraagt je om hen nu eens en vooral duidelijk te maken hoe het ingewikkelde punten-tel-systeem in elkaar zit.
 
Een andere reaktie op jouw antwoord “ik bówl” is ook vaak: “Bówl jij?….., hoe kom je daar nou an!”
 
Bij de meeste bowlers hoef je niet zo lang op het antwoord te wachten. Maar nu ik de “fanatieke” jaren door ben, geef ik toch een ander antwoord dan vroeger, en ik denk ook even langer na.
 
Voorheen ging het antwoord toch meer in de richting van de technische kant van de sport: de techniek van het werpen (dus niet gooien) van de bal:
 
De juiste plek op de approach zoeken: elke baan in je eigen huis is herkenbaar aan kleine vlekjes of poepjes, waarbij de linkervoet precies zo en niet anders moet worden gepositioneerd, zodat de rechtervoet precies zo en niet anders bij de linkervoet kan worden aangeschoven, zodat een lekker gevoel ontstaat als je de bal met de juiste vijf bewegingen tot rust brengt op precies de juiste plek voor je lichaam, om naar het juiste spotje op de baan zelf.
 
Indien deze vorengenoemde procedure langer duurt dan tien seconden, wordt dat ook wel “bidden” genoemd.
 
Vervolgens: de aanloop ofwel de approach, een welhaast tijgerachtige sluipgang, de armswing, het uitglijden (dus niet uitglijden), de release, de follow-through, het volgen van de track van de ball, het impact, de explosie: acht split ! Over de techniek van het aanmeten en boren van de bal van het juiste gewicht en gewichtsverdeling kun je ook een boek schrijven.
 
En dan niet te vergeten, dat je nog een uur zou kunnen uitwijden over span blister op je duim, de pitch en het vierde of vijfde gat en het kleine “lucht-inlaat-als-de-duim-er-uit-gaat” gaatje.
 
Voorheen ging het antwoord ook wel in de richting van de verre reizen als je naar toernooien ging en in de nationale league speelde: potverdorie helemaal naar Groningen !
 
Neen, tegenwoordig geef ik een ander antwoord. Het is eigenlijk ook geen antwoord, het is meer een verklaring voor jezelf waarom je nog steeds bówlt. Het is het proberen onder woorden te brengen van het zoeken naar de redenen waarom je nog steeds na al die jaren naar de bowling gaat.
 
En dat is het ju juist, het is niet zomaar een bowling of een bowlingavondje. Het is de league, het is jouw league van jouw huis. Daar ligt je hele bowling-verleden met al die raakpunten met je privé-leven en je werk-leven.
 
Het zijn de mensen van je team, de mensen van je league, de mensen achter jouw bar, de bekende gezichten, de geuren, de kleuren, de herrie, het bekend zijn mét, daar zitten je vrienden met wie je na het bowlen nog na zit te kletsen: even nog over het aantal punten en hoeveel missers en bierframes er betaald moeten worden aan de pot, maar dan over van alles en nog wat. Dat is het.
 
En op de achtergrond voel je diep in jezelf jouw haat-liefde-verhouding met dat vervloekte spelletje dat je maar niet onder de knie kunt krijgen. Alleen soms denk je dat het nog wel zal lukken, als je net een turkey hebt genoteerd. Maar de ervaring heeft al geleerd: het zal wel nooit meer lukken. Maar laatst had ik nog wel een 200-game, toch ?!
 
Ghérie la Liberté
 
P.S. De pen wordt bij deze doorgegeven aan Jimmy Hannard.